top of page

Het Hart

Stap 1
Het hart

 

Het hart vormt de motor voor ons lichaam. Het pomp bloed met voedingsstoffen, zuurstof en koolstofdioxide door ons lichaam. Het hart zorgt ervoor dat elk puntje van je lichaam wordt voorzien van bloed. Maar wat doet het hart nou allemaal, hoe werkt het precies en waar bestaat het uit? Deze vragen kan je aan het eind van dit hoofdstuk beantwoorden. Daarnaast kijken we naar wat een hartinfarct is en hoe dit kan ontstaan.

 

Leerdoelen
 
1. Leerlingen weten alle onderdelen van het hart te benoemen en de functie hiervan te benoemen.
 
2. Leerlingen dienen het hart in de context van een hartinfarct te kunnen plaatsen.
 
3. De leerlingen weten een aantal oorzaken op te noemen die kunnen leiden tot een hartinfarct.
 
4. De leerlingen weten een aantal maatregelen op te noemen om de kans op een hartinfarct te verkleinen
Hoe ziet je hart eruit?

 

Het hart bestaat vier ruimtes. Deze ruimtes zijn de linker en rechter boezem en de linker en rechter kamer. Deze vier ruimtes zullen zich vullen en leeg lopen met bloed. De boezems en kamers zie je in figuur 2. Hierin is de rechterkant van je hart aangegeven met een blauwe kleur en de linkerkant met een rode kleur.

 

Zoals je al eerder hebt gelezen pomp het hart bloed oor je bloedvaten. De kransslagader aan de buitenkant van het hart voorzien het hart van zuurstof en voedingsstoffen. Het hart, zoals het getekend is in figuur 2, is een holle spier met vier ruimtes. Twee boezems: de linker en de rechter boezem. En twee kamers: De linker en de rechter kamer. Bij elke hartklopping loopt een boezem of een kamer vol of leeg met bloed. Maar wat is nou de functie van je boezems en je kamers?

 

Je moet je linkerkamer zien als het werkpaartje van je hart. De linkerkamer heeft de belangrijkste taak: hij pompt het zuurstofrijke bloed tot in de tenen, je vingers en de kruin op je hoofd. De rechterkamer pompt het bloed uitsluitend naar de dichtbij gelegen longen. De linkerkamer is het werkpaardje en heeft daardoor een dikkere spierwand dan de rechterkamer of boezems. Als de linkerkamer zijn pompkracht verliest, komt de stroom van zuurstofrijk bloed tot stilstand. Dat mag niet te lang duren anders kan dit blijvende schade tot gevolg hebben.

Je moet je boezems zien als een reservoir voor je bloed. De boezems vormen een reservoir voor het bloed wat ze ontvangen van de bovenste en onderste holle ader en het bloed wat ze afgeven aan de longader. Hun spierwand is minder dik dan de spierwand van de kamers, die belast zijn met het echter pompwerk. Als de kamers zich ontspannen en de hartkleppen tussen de boezems en de kamers opengaan, stroomt het bloed vanzelf richting de kamers. Door vervolgend samen te trekken, persen de boezems er nog wat extra bloed achteraan. Als deze boezems niet kunnen of niet actief samentrekken, is het hart bij de meeste mensen toch in staat om de bloedsomloop op gang te houden. Desondanks zijn de boezems erg belangrijk voor de pompfuncties van het hart. Als de boezems normaal functioneren, kan het hart zijn taak beter en effectiever uitvoeren. In figuur 2 kun je nog eens de twee kamer en boezems bestuderen. In bron 3 kun je de buitenkant van het hart zien met de holle ader, de aorta en de kransslagader en kransader.

 

 

 

Opdracht:

 

Als het goed is weet je de onderdelen van het hart te benoemen. Om dit voor jezelf te testen maak je de opdracht door op de volgende link te klikken. Benoem onderdeel 1 t/m 11. Als je klaar bent druk je op controleer. Het pecentage wat eruit komt is gelijk ook je cijfer. De volgende link moet je aanklikken: 

 

 

 

 

 

 

 

Nu we de boezems en de kamers hebben behandeld kunnen we gaan kijken naar de hartkleppen en de slagaderkleppen. Het hart heeft in totaal vier kleppen. Deze kleppen zorgene rvoor dat het bloed de juiste richting in stroomt. De bloedsomloop is zeer afhankelijk van een goede en adequate uitvoering van deze taak door de hartkleppe.Bij een normale bloedsomloop pompt de linkerhelft van het hart het bloed richting alle weefsels in je lichaam en organen en de rechterhelft richting je longen. Hartkleppen zijn tijdens het pompen van het bloed zelf inactief. Hartcellen zelf hebben geen spiercellen en worden in beweging gezet door het mee deinen met de bloedstroom. Het hart heeft vier kleppen in twee soorten. De mitraalklep en de tricuspidaalklep tussen de boezems en de kamers en de aorta en de pulmonaalklep op de plaats waar het bloed het hart verlaat. Tussen de boezems en de kamers zitten de hartkleppen. Deze kleppen hebben als functie dat het bloed maar één kant op kan stromen. Dit is de kant van de boezems naar de kamers. Bloed dat terug wil stromen, drukt de hartkleppen dicht. Dit zorgt er dus meteen voor dat het bloed niet meer kan terug stromen. Aan het begin van de longslagader en de aorta zitten slagaderkleppen. Ook deze twee voorbeelden van hartkleppen hebben als functie dat het bloed maar één kant op kan stromen. In de onderstaande figuur zijn de hartkleppen in een dicht en open stadium aangegeven met de letters A t/m D. Bestudeer dit proces grondig. Hieronder staan ook de namen van de hartkleppen.

 

 

A. Mitraalklep (gesloten) 
B. Tricuspidaalklep (gesloten) 
C. Aortaklep (open) 
D. Pulmonaalklep (open)

Hartkleppen
bij ontspannen hartspier

 

A. Mitraalklep (open) 
B. Tricuspidaalklep (open) 
C. Aortaklep (gesloten) 
D. Pulmonaalklep (gesloten)

De passieve werking van de hartkleppen?

Stap 2

Als je de onderdelen hebt geoefend, laat jezelf dan overhoren door een klasgenoot. 

Zoals je al eerder hebt geleerd hebben hartkleppen geen spierweefsel en bewegen zoals je eerder hebt geleerd uit zichzelf. Ze kunnen zich open en sluiten door het drukverschil wat er ontstaat bij de stroming van het bloed van boezem naar kamer. Deze druk ontstaat dus door het afwisselend samentrekken en ontspannen van het hart. Als het hart zich samentrekt, wordt de druk hoger in het hart en sluit hierna de ene klep terwijl de andere zich opent. Daardoor stroomt het bloed in de juiste richting en komt het op de goede plek terecht in je hart. Als het hart zich uiteindelijk weer ontspant, wordt de druk lager en kunnen de holtes in het hart zich weer vullen met bloed. DIt is dus afkomstig vanaf de andere kant  van het hart waar het vanaf komt binnen gestroomd. In het figuur hieronder kun je het samentrekken en het ontspannen van de hartspier zien.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De hartkleppen (A) hebben zelf geen spierweefsel maar deinen als het ware mee in de stroom die ontstaat door het samentrekken en ontspannen van de hartspier.

Het hartritme

 

Je hebt net geleerd wat de functies zijn van de boezems en de kamers in je hart. De onderstaande link legt nog eens duidelijke uit hoe één hartklopping werkt en hoe dit door de boezems en kamers verloopt.

 

Bestudeer deze link, door op de knop "bloedsomloop' te drukken, voor jezelf en ga na of je alle functies en processen begrijpt en kunt uitleggen.

 

Als je hiermee klaar bent ga je aan de slag met de volgende link: Navigeer dan naar het hart en dan naar de werking van het hart. Deze link neemt je nogmaals mee tijdens de hartkloppingen en alles wat hiermee te maken heeft. Tijdens het bestuderen van deze link moet je voor jezelf op je Ipad een samenvatting maken van de bestudeerde link. Deze samenvatting moet minimaal bestaan uit 1 A4’tje.

 

In figuur 4 wordt er een duidelijk stappenplan behandeld van een hartslag in drie stappen. Allereerst trekken de boezems samen: Het bloed wordt vanuit de boezems naar de kamers gepompt. De hartkleppen zullen zich openen en de slagaderkleppen zijn dicht. Hierop volgt stap twee, de kamers trekken samen. Het bloed wordt in de longslagader en in de aorta gepompt. De slagaderkleppen gaan open en de hartkleppen gaan dicht. De laatste stap, stap drie is de hartpauze. Hierin ontspant de hartspier zich en ‘rust hij uit’. De hartkleppen gaan open en de slagaderkleppen gaan dicht. Er stroomt bloed vanuit de holle aders en de longaders in de boezems.

 

De vier hartkleppen

 

De vier hartkleppen die we hebben geleerd zijn de volgende kleppen: de mitraalklep, de tricuspidaalklep, de aortaklep en de pulmonaalklep. De eerste twee zien er heel anders uit dan de laatste twee van het bovenstaande lijstje. In figuur zes kun je zien hoe de mitraalklep er in je hart uit ziet. Dit kun je vergelijken met een parachute zoals in het eerste plaatje. In het tweede plaatje van figuur zes zie je de plek van deze klep in het hart.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De atrioventriculaire kleppen (hierboven de mitraalklep) hebben een vorm die je kunt vergelijken met een parachute.

 

Stap 3
Stap 4
Bloedsomloop

 

Zoals je al eerder hebt gelezen is het hart het middelpunten de werkende kracht achter de beide bloedsomlopen. Je hebt eerder op deze website kunnen lezen welke bloedsomlopen je hebt. Je hebt de kleine en de grote bloedsomloop.

 

De kleine bloedsomloop is de bloedsomloop van je hart naar je longen en weer naar je hart en zorgt voor de opname van zuurstof en de afgifte van koolstofdioxide. Daarnaast heb je de grote bloedsomloop. Deze bloedsomloop gaat van het hart naar alle organen in je lichaam en weer terug naar je hart. Deze bloedsomloop voorzien alle organen in je lichaam van voedingsstoffen en zuurstof. Als je dit nog moeilijk vindt raden wij je aan om nog eens het thema bloedsomloop te bestuderen.

 

Hieronder staat een extra plaatje over de hartslag in drie stappen.

 

 

Stap 5

Als je de bloedsomloop nog moeilijk vindt dan kun je twee dingen doen.

 

1. Je kunt nog eens thema 2 doorlezen. 

 

2. Je kunt de volgende knop aanklikken en hier wordt het onderdeel nog eens met je doorgenomen.

ECG (hartfilmpje)

 

Zoals er al eerder in dit thema is behandeld kun je de activiteit van je hartspier meten door middel van een ECG (hartfilmpje). Een ECG is een weergave van de elektrische activiteit in de hartspier op een scherm. De letters ECG staan voor ElektroCardioGram. Een ECG registreert de elektrische prikkels die je spiercellen in je hart laten samentrekken. Deze prikkels zorgt voor een domino-effect van de ene spiercel naar de andere spiercel in je hart. Het prikkelgeleidingssysteem zorgt ervoor dat dit in de goede volgorde gebeurt. Eerst de boezems en dan, na een kort oponthoud, de kamers. Gaat het niet goed, dan ontstaat er een hartritmestoornis. De meeste hartziekten hebben gevolgen voor het prikkelgeleidingssysteem en laten daarom sporen na op een ECG. Om een hartinfarct snel te kunnen herkennen, is een ECG een belangrijk onderzoek. In figuur negen wordt een bergetappe vergeleken met een ECG. Lees dit goed door als het principe van een ECG nog onduidelijk is.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Het grafiekje van een ECG kun je vergelijken met een bergetappe. Verticaal staat op het grafiekje van de bergetappe het hoogteverschil en op het ECG de kracht van de elektrische prikkel in voltage. Horizontaal staat bij de bergetappe de afstand, op het ECG de duur in seconden.

 

het onderstaande filmpje zegt wat over de basis van een ECG (hartfilmpje)

 

Opdracht:

 

Als het goed is weet je nu wat een hartinfarct is, hoe dit ontstaat en hoe je het kunt herkennen. Tijdens deze opdracht dien je twee dingen te doen:

 

1. Je gaat in een groepje vragen bedenken en deze vragen bespreken. Tijdens het overleggen geeft iedereen zijn mening over de drie in te dienen vragen. Uiteindelijk hebben jullie drie vragen bedacht. Deze vragen mail je naar de docent. 

 

2. Maak een Prezi of een Powerpoint presentatie an maximaal 10 minuten waarin je de vraag uitgebreidt beantwoord. In deze presentatie moet iedereen aan het woord komen. 

 

Stap 6
Stap 7

De onderstaande filmpjes is extra. na het kijken van dit filmpje kun je de volgende vragen beantwoorden:

 

 

  1. Wat is een hartinfarct?

  2. Hoe ontstaat dit?

  3. Wat zijn de gevaren?

  4. Wat is bloeddruk? 

  5. Wat is onderdruk en bovendruk?

  6. Wat is een hoge bloeddruk?

  7. Wat zijn hartfalen

  8. Wat hartritmestoornissen?

Opdracht:

 

Het is moeilijk om de onderdelen van het hart te leren. Laat staan de functies van deze onderdelen te weten. Het is belangrijk dat je dit goed weet. 

 

De volgende app kan je hierbij helpen. Het volgende ga je doen:

 

1. Ga naar de App store.

2. Typ het volgende in bij zoeken: human heart 3d

3. Dowload deze app.

4. Ga aan de slag met het leren van de onderdelen. Let op: het is in het Engels, dus leer niet deze woorden maar de Nederlandse woorden in je boek.

 

Vragen kun je altijd aan je docent stellen via de mail*

 

 

Hart en inspanning
 

Zoals je geleerd hebt in dit thema weet je dat het haet zorgt voor het rondpompen van het bloed. Tevens heb je in het thema over bloedsomloop geleerd dat het bloed zuurstof en voedingsstoffen naar organen en spieren stuurt. Elk puntje, elke celletjes en elk orgaan in je lichaam heeft zuurstof en voedingsstoffen nodig. Er komt dus overal bloed om te zorgen dat deze twee stoffen hun werk kunnen doen.

 

Maar wat gebeurt er nou eigenlijk met je hart als je gaat sporten?

 

Een gezond en sterk hart kan geen kwaad. een persoon die sport kan soms wel een hart hebben die 45 % groter is dan een normaal hart. Dit omdat de linkerwand van het hart vaker en harder moet pompen om al het bloed zo vaak door het lichaam te pompen dan de rechterkant van je hart. Je kunt dit verklaren door na te gaan dat een hart een spier is. Als je spieren traint dan worden ze dikker. Dit is ook het geval bij je hart. Bij inspanning zal er meer spierweefsel worden aangemaakt om zo het hart sterker te maken. Door veel te sporten. Vooral duursporten zoals hartlopen, wielrennen en zwemmen help je je hart om te groeien.

 

 

Slagen

 

Een normaal hart slaat gemiddeld zo'n 60 tot 80 keer per minuut. Bij inspanning kan het oplopen tot 160 tot 180 slagen per minuut. Maar tijdens het slapen wordt het helemaal weinig. Dan kan je hart nog maar 30 tot 40 slagen per minuut maken. Door inspanning, meestal bij duursporten met een hartslag boven de 100 slagen per minuut, wordt het hart automatisch groter en sterker.

 

Opdracht:

 

Je hebt als het goed is nu wat meer geleerd over wat sporten met je hart doet en hoe dit je hart sterker maakt. In de volgende opdracht ga je een PowerPoint of een Prezi maken. Deze presentatie bestaat uit minimaal 15 dia's exclusief een voorblad. Je gaat in je presentatie de volgende onderwerpen en punten beschrijven:

 

  1. Voorblad met de namen en klas.

  2. Sporten die jullie allebei doen en wat hiervan de invloed is op je hart.

  3. Een korte beschrijving van het hartritme.

  4. Een korte beschrijving van de bloedsomloop.

  5. 5 Manieren om je hart sterker te maken.

  6. Wat de voordelen van een sterk hart zijn?

  7. Of er nadelen zijn aan het te overmatig sporten?

  8. Wat de invloed is van griep en verkoudheid is op het toemenem van je conditie en de grote van je hart?

  9. Lettertype times new roman, 12

  10. Conclusie met 2 tips om je conditite te verhogen

  11. Juiste spelling

  12. Mooie lay-out

 

 

Eindopdracht:

 

je hebt nu heel veel geleerd over het hart en wat de functies van je hart zijn. In de volgende eindopdracht ga je een mood-board maken. Dit doe je met behulp van de site die onder het kopje 'mood-board' staat. Als je het nog moeilijk vindt om een mood-board te maken of niet weet wat dit is kun je de volgende site raadplegen. http://www.design2design.nl/design-proces/hoe-maak-je-een-moodboard/. Deze site verteld je meer over het maken van een mood-board en wat je hier allemaal mee kunt doen. 

 

Je gaat een mood-board maken over het hart. Je doet dit individueel. Je krijg tijdens deze opdracht heel veel vrijdheid. Er zijn wel 4 eisen die wij aan je stellen.

 

1. Het mood-board moet op een A3 papier zijn gemaakt

2. Het mood-board moet alle onderdelen van thema 6 bevatten

3. Er moet een goede verdeling zijn tussen plaatjes en informatie

4. Je moet zo min mogelijk wit papier zien.

 

Je levert je uiteindelijk vier foto's van je mood-board in op deze site of je kunt ze mailen naar je docent. Je krijgt drie weken voor deze opdracht.

 

Succes!

Stap 8
Stap 9
bottom of page